Programma

De cursus bestaat uit zelfstandige modules van ieder 3 cursusavonden.
Per cursusjaar worden in principe 2 modules gegeven: 1 x in het najaar en 1 x in het voorjaar. Elke module heeft een eigen thema en elk van de drie cursus-avonden heeft binnen dat thema een eigen onderwerp. De 1e module werd georganiseerd in het najaar van 2012, de 2e in het voorjaar van 2013, de 3e in het najaar van 2013, de 4e in het voorjaar van 2014 en de 5de in het voorjaar van 2015.
De voorbereiding van (de opzet van) deze cursus kwam tot stand in nauw overleg met prof. dr. J. van Bruggen, die ook zelf als docent optrad bij de eerste 4 modules. Module 5 werd verzorgd door dr. H.R. van de Kamp. Een beschrijving van de inhoud van de 5 modules vindt u in het Archief.

Over de opzet van de cursus en over de toekomstige module(s) vindt u hier meer informatie:
 (I)       Studie-opzet
 (II)     Programma module 6 en 7 - na-/voorjaar 2015/2016
 (III)   Plannen voor het vervolg

(I) Studie-opzet
Alle cursisten ontvangen per module van tevoren een uitvoerige lessamenvatting. Tijdens de cursusavonden wordt de stof besproken aan de hand van een powerpoint-presentatie. Vraagbeantwoording vindt plaats in korte besprekings-ronden tijdens de cursusavond en verder via collectieve beantwoording (per mail) van vragen die tijdens de cursusavond schriftelijk zijn opgegeven of die na de cursusavond per mail zijn ingezonden.

(II) Programma module 6 en 7 - na-/voorjaar 2015/2016

Overkoepelend thema voor module 6 en 7 is:

DE OVERWINNENDE NAMEN VAN ONZE HEILAND 

Najaar 2015 (module 6): VEELBELOVENDE NAMEN

De namen van onze Heiland zijn heel bekend, maar door het intense gebruik ervan hebben ze soms veel van hun oorspronkelijke glans verloren. Luisterend naar evangelisten en apostelen kunnen we die namen weer zien oplichten. We bespreken drie namenparen. Aan de hand van een selectie van passages uit het Nieuwe Testament. We vragen ons af: hoe werden deze namen gegeven, wat beloven ze ons en hoe mogen we ze aanroepen?

Avond 6.1: Jezus, De zoon van de mens. Redding voor de mensheid
Geen naam is er bekender en meer gebruikt voor onze Heiland dan de naam Jezus. Dit is de naam voor het kind uit Betlehem. Toch noemen de apostelen Hem niet vaak kortweg en alleen maar Jezus: waarom eigenlijk niet? En dan is er ook nog die andere naam, die door mensen nauwelijks wordt gebruikt maar die Hij zelf vaak gebruikte voor zichzelf als de zoon van Maria: De zoon van de mens. Wat betekent die naam eigenlijk en waarom noemt Jezus zichzelf 'De zoon van de mens die terugkeert op de wolken'?

Avond 6.2: Christus, de zoon van God. Redding van de schepping
Het doel van Johannes' evangelie is dat wij 'door te geloven het leven zullen hebben in Jezus' naam'. Het is een naam die met twee woorden wordt geschreven, namelijk dat Jezus is 'de Christus, de Zoon van God' (Joh.20,31). Het lijken twee namen die niet gelijkwaardig zijn. Geeft de naam Christus niet de taken aan waarvoor Jezus is gekomen (gezalfd tot profeet, priester, koning) en wijst de naam Zoon van God niet op wie Hij is? Waarom spreken de belijdende apostelen vaak in één adem over 'de Christus, de Zoon van God'? En waarom vinden we in het Oude Testament nog nergens de naam Zoon van God, terwijl Hij toch van eeuwigheid is?

Avond 6.3: Heer der heren, de zoon van David. Redding voor de geschiedenis
Jezus heet de zoon van David. Die naam zegt niet alleen iets over zijn afkomst. Ze gaat ook over de beloofde, blijvende koningsfunctie van Jezus Christus. Hij krijgt als Koning in de schepping de hoogste erenaam: HEER! Waarom blijft de naam van de menselijke koning David ook dan nog doorklinken? Heeft die verbinding met de oudtestamentische David voor ons nog wel inhoud.

Voorjaar 2016 (module 7): WINNENDE NAMEN

De namen van onze Heiland zijn niet verheven boven onze geschiedenis. Zij worden eeuw in eeuw uit met eerbied gebruikt door hen die in Jezus geloven en Hem verwachten. Gelijktijdig worden ze echter ook dagelijks bestreden, nagebootst en verdrongen. Ook dit is voorzegd, maar niet zonder beloften over de manier waarop deze tegenstand uiteindelijk zal worden overwonnen. We bespreken in module 7 drie nieuwtestamentische Schriftgedeelten die deze toekomst beschrijven.

Avond 7.1: De dag van De zoon van de mens
Jezus Christus heeft ons onderwijs gegeven over de tijd die voorafgaat aan de komst van de zoon van de mens (Marcus 13 en Matteüs 24). De tempel verdwijnt. Waar blijft Israël? Hoe moeten wij de periode tussen Hemelvaart en Terugkomst beleven? Als een intermezzo dat voor ons gevoel lang duurt of leert de Heiland ons een andere visie op onze eigen tijd?

Avond 7.2: Antichrist
Johannes, de ooggetuige, schrijft over de antichrist(en) en over het blijven in de leer van Christus, de Zoon van God (1 en 2 Johannes). Met het woord antichrist is in de loop van de geschiedenis in allerlei richtingen gewezen. Kunnen wij nog wel iets met deze term? Of wordt terecht bijna nooit meer gewaarschuwd voor de antichrist?

Avond 7.3: De wetteloze mens
Paulus, de apostel voor de heidenen, schrijft over de wetteloze mens en de komst van de Heer der heren (2 Tessalonicenzen 2). Hoe kijken we aan tegen een humanistische wereld? Is zij zo neutraal als ze lijkt? En zien wij onze eigen wereld wel in het perspectief van de naderende D-day?


(III) Plannen voor het vervolg
Per jaar wordt besloten over de voortgang van de cursus en over de realisatie van de plannen.
Elke module blijft een zelfstandige eenheid vormen met een eigen thema. Samen vormen al die modules dan een korter of langer snoer van kralen.